De I Ching - Sleutel tot de Natuur
Apr 22, 2017 20:59:55 GMT 2
Post by AMAZONE KERK on Apr 22, 2017 20:59:55 GMT 2
De I Ching - Sleutel tot de Natuur
Er is een militaire dienstplicht voor de mens in de demonologie : de strijd tegen het valse zelf en het daaruit voortvloeiende kwaad. Dit is een plicht voor een ieder die deel wil hebben aan het leven en aan het goede. Hieraan is niet te ontkomen.
De mens stond als Doornroosje voor het spinnenwiel van de heks en raakte de spoel om zo honderd jaar te slapen. In de demonologie waren dit de christelijke invasies, gedwongen implantaties van buitenaardse wezens, in de hand of in de mond (hoofd), als het merkteken van het beest, waarvan de tandarts een beeld is : de demonische vullingenplicht die pure dwangverpleging is. De mens wordt gedwongen met gevaarlijk gif in zijn lichaam te lopen, botimplantaties die het zenuwstelsel en zo de organen ook nog eens ernstig verstoren. Een groter kwaad is er op aarde niet geweest, want het martelt de mens langzaam dood, en brengt de mens in een coma toestand waarin een andere identiteit wordt geimplanteerd. De medische dwangwereld is crimineel.
De mens is in strijd tegen een groot beest, en moet weer terugkeren tot de afgrond, om zo volledig te onthechten, om een anti-magnetische disconnectie tot stand te brengen. Hierin wordt de mens zelf tot wijngaard, tot struik, zoals Jehovah werd tot een brandende braamstruik om tot Mozes te spreken. Jehovah betekent "wording". Voor de mens om het paradijs binnen te gaan moet de mens eerst het paradijs zelf worden. De mens moet gelijk worden aan de paradijselijke natuur, worden tot een struik, boom, bloem of plant in het paradijs.
In het watergraf wordt de mens tot een wijnstok, wanneer water in wijn verandert. Dit pad wordt ook gewezen in de I Ching. In het Roodvinger verhaal moet de mens afrekenen met een heksenkerk.
De mens moet als Noach tot de wijngaard komen, en deel hebben aan de wijnstok. De mens moet zelf de wijnstok worden. Aan het einde van het twaalfde uur van het Egyptische boek der poorten ontvangt Nut Ra, en komt Nun uit het water voort om de boot van Ra op te tillen, te redden uit het water, om zo tot de wijn te komen. Ra is hier in zijn Kepri vorm, de kever of scarabee, als het teken van de wedergeboorte, van het aanbreken van de dag. Kepri komt in de oud Egyptische afbeeldingen tot een rode bol als beeld hiervan. Kepri betekent 'worden', wat hayah is in het Hebreeuws, waar het woord 'Jehovah' van afgeleid werd. De mens moet hier dus ook de wijnstok worden. Jezus werd de wijnstok door zijn kennis van de Egyptische theologie.
In het Egyptische Dodenboek zingen Isis en Nephtys Ra toe in zijn boot, en beschermen hem. Het christendom nam dit tafereeltje over als de ark van het verbond, en veranderden de godinnen in de twee beschuttende cherubs op de ark. Isis is de moeder van Horus, en Nepthys is zijn bijmoeder.
De mens moet leren dat zonder de fragmenten de mens niet kan terugkeren tot de bron. Die fragmenten moeten overal vandaan gehaald worden. De luien en de bevooroordeelden, hen die niet willen parelduiken, de schoonmaak-kabouters met het smetvrees-virus, kunnen niet tot de sleutels komen. In de I Ching liggen de sleutels verborgen tot het oude Egypte. Zonder de I Ching is het onmogelijk om dieper in dit grote christelijke fundament door te dringen om zo tot de esoterische waarheden te komen. De mens moet er iets voor doen. In de I Ching wordt de diepe techniek hiervan besproken, als een systeem van electriciteit. Zij die de wetten van electriciteit aan hun laars lappen, zullen onder te hoge volt komen te staan, en zij zullen wegsmelten als zij zomaar allerlei dingen gemakszuchtig willen grijpen. De spijbelaars die hier dus in volharden zullen uiteindelijk op die manier geëlektrocuteerd worden.
Hexagram 43 is het stoplicht van de communicatie. In de eerste lijn mag de mens niet vechten. De mens moet zich hier eerst beter voorbereiden en niet overmoedig zijn als de ninja-kabouter.
In de tweede lijn moet men eerst waakzaamheid en voorzichtigheid ontwikkelen. Er is druk van buitenaf, geschreeuw. Dit is een staaltje demonologie die ook voorkomt in de Egyptologie. In de tombe van Ramesses VI, in het boek van de grotten, in het eerste register, is er een groep van negen cobra's die vlammen uitspuwen die de vijanden van Osiris verbranden. Deze cobra's zijn de uraei cobra's, de cobra's van de kroon. Zij bewaken de drager tegen overmoed. In de Regenboog-geschriften van Isis in de Vuh van de Tweede Bijbel wordt Isis-Osiris de godin van de wijn genoemd, de drager van het Woord. De wijn is verbonden aan de wet en de kennis. Daar waar wet en kennis wordt losgelaten ontstaat er valse wijn, zoals Toronto. Ook de Egyptenaren hadden al met zulke geesten te maken, en gingen daarom diep in de demonologie. Juist de druk van buitenaf is belangrijk om voorzichigheid en waarkzaamheid, als een alarm, te ontwikkelen. Dat is ook waar de uraei cobra's voor zijn.
In de derde lijn moet men geduld oefenen, volharding in het waakzaam zijn. Dit houdt ook in het lijden aanvaarden en dragen.
In de vierde lijn mag er geen communicatie zijn. Praten heeft geen zin, en zou het alleen maar erger maken. Men moet zich terugtrekken, tot de stilte gaan en zich met andere dingen bezig houden. Men is hier op de heup geslagen, zoals ook Jakob in de Israëlitische mythologie. Men moet hier gevoeligheid leren voor de bron, contact maken met de hemel, en geen mensen behagen ten koste van de bron. Een diep misantropisch gevoel sluipt hier binnen om de mens te beschermen.
In de vijfde lijn is er de regelmaat van de demonologie in het verwijderen van onkruid wat steeds weer op komt zetten. Hierin moet men niet in het middelpunt blijven, want het middelpunt is te vaag, maar men moet het middelste pad bewandelen, de Tao. Men mag hierin niet verzwakken, anders valt men tot uitersten. Juist in deze lijn mag er niet zwart-wit omgegaan worden met de tuin. Pas er voor op geen goed stuk begroeiing samen met het onkruid eruit te trekken. Soms is het nauw aan elkaar verbonden en samengegroeid. Hak niet alles met de botte bijl weg wat je niet begrijpt, maar ga diepzinnig met de tuin om. Probeer de lijnen van de tuin te ontdekken en waar zij kruizen. Demonologie is het mooiste vak wat er is. Wat is er mooier dan het overwinnen van het kwaad ? Hiertoe behoort ook het begrijpen van het kwaad en het transformeren van het kwaad, zodat men niet in oeverloze drama wegzinkt.
In de zesde lijn moet men schreeuwen, roepen, communiceren, contact maken en anderen waarschuwen. Hier heb je iets van de ander nodig, ook al is het een vijand. Hier heeft ook de ander je nodig. Hier moet een leger gevormd worden om een groter kwaad te verdrijven. Hier mag men niet alleen zijn, maar moet men erop uit om tot een groep te komen.
Deze hexagram is genoemd de hexagram van de beslissing en van de doorbraak. Ook wordt het de uitschakeling genoemd en de vastberadenheid. Lijn 4 en 6 zijn belangrijk, als het switchen tussen geen communicatie en wel communicatie, als een stoplicht. Hierin moet de mens gebonden worden, komen tot Zij waarvan geen ontsnapping is, wat de vijfde wet van Calvijn is, de wet van de eeuwige onontkoombaarheid, wat de derde wet van het amazonisme is. Ook in de Egyptologie komt dit voor, in het boek van de nacht van de tombe van Ramesses VI, in het derde uur. De heilige onontkoombaarheid, Zij waarvan geen ontsnapping is, staat aan de tweede poort in het derde uur. Er is geen bescherming tegen haar, en zij was een beeld van de hemelvaart van Ramesses VI. Zij is de slager van de zielen. In dit uur zien we hexagram 43 terug. Er is een gebied van stilte, de vierde lijn, en een gebied van 'hen van de kanalen', de communicators, oftewel de zesde lijn. De vijfde lijn van het tuinieren zien we terug in 'hen van de velden'. De tweede lijn van de waakzaamheid zien we in de 'drie die zijn ontwaakt'. Zij houden een kind vast, wat inhoudt dat zij voorzichtig te werk gaan, om zo niet de begroeiing met goede vrucht aan te tasten in het verwijderen van onkruid, wat dus een verbinding is met de vijfde lijn. Lijn twee en lijn vijf zijn nauw aan elkaar verbonden. Als men in het klooster van de stilte terecht is gekomen, de vierde lijn, dan kan men alleen door waakzaamheid en voorzichtigheid, lijn twee, komen tot het militaire, lijn vijf, waarvan het tuinieren een beeld is. Lijn één is dan het fundament van de school. Zo is hexagram 43 een belangrijke sleutel in het begrijpen van de Egyptische demonologie en tot de egyptologie op zich.
In het elfde uur van het Boek van de Dag in de tombe van Ramesses VI zien we de stilte gepersonificeerd als een vrouw, een godin, als lijn vier. Het is de godin Meretseger, een cobra of vrouw met een cobra hoofd. Zij is de bewaker van de tombes en ook is zij verbonden aan het zevende zegel van stilte in de apocalypse. In de Egyptologie spoot zij gif op een ieder die de tombes probeerde te verwoesten of te beroven. Zij is dus een gifspuwende cobra, en werd beschouwd als zeer gevaarlijk. Stilte moet daarom nooit gezien worden als een zwakheid, maar als een wapen, een goedwerkend beveiligings-systeem. Dit gebeurt dus in het elfde uur van de dag, in de avond, als het avondrood. De naam van dit uur is "Mooi Visioen".
In het tiende uur was er de overgang tot de avond boot. Men daalde in dit uur af van de middag boot tot de avond boot, om het Westen over te steken in vrede. Het is het dagdeel van de vrede, waarin de peddels tot rust komen. Dit beeldt de eerste lijn uit, de school. Dit uur is genoemd "Zij die de hemel verlicht", "Zij die inzicht is in de hemelen".
Het tweede uur van het Boek van de Dag is het Uur van de Triomf, als de geboorte van de eerste zoon van Ismaël, de eeuwige vijandige : Ajuwth, wat triomf betekent. Dit is de vijfde lijn. Dit uur is genaamd : Zij die de Duisternis Verspreidt en Verdeeld, en ook Zij die de Duisternis Verdrijft. Ajuwth staat voor de vruchtbaarheid. Door de triomf is er doorgang tot de velden van Yaru, de rietvelden van het eeuwig leven, in het negende uur. In het eerste en laatste, twaalfde uur van het boek van de dag is er sterke communicatie, de zesde lijn. In het eerste register van het eerste uur zien we twee dragers van speren die zijn genaamd : 'Die met zijn tong doodt' en 'Die vernietigt door zijn spraak.' Een derde speer-drager is genaamd : 'Die waarvan de stem in de Vlam is'. Dit is ook de naam van één van de mes-dragers. Het twaalfde uur is genaamd : 'Zij die inzicht is op het Eiland van het Leven.' In het vijfde register zijn er vijf cobra's in manden. Twee van hen zijn genaamd : 'Haar vlam is in haar mond,' en 'Haar vlammen zijn op haar mes'. Dit komt ook terug in het begin van het boek Openbaring waar een mensenzoon een mes in zijn mond draagt, en die zichzelf de eerste en de laatste noemt, wat dus uit het Egyptische Boek van de Dag komt.
Er is een militaire dienstplicht voor de mens in de demonologie : de strijd tegen het valse zelf en het daaruit voortvloeiende kwaad. Dit is een plicht voor een ieder die deel wil hebben aan het leven en aan het goede. Hieraan is niet te ontkomen.
De mens stond als Doornroosje voor het spinnenwiel van de heks en raakte de spoel om zo honderd jaar te slapen. In de demonologie waren dit de christelijke invasies, gedwongen implantaties van buitenaardse wezens, in de hand of in de mond (hoofd), als het merkteken van het beest, waarvan de tandarts een beeld is : de demonische vullingenplicht die pure dwangverpleging is. De mens wordt gedwongen met gevaarlijk gif in zijn lichaam te lopen, botimplantaties die het zenuwstelsel en zo de organen ook nog eens ernstig verstoren. Een groter kwaad is er op aarde niet geweest, want het martelt de mens langzaam dood, en brengt de mens in een coma toestand waarin een andere identiteit wordt geimplanteerd. De medische dwangwereld is crimineel.
De mens is in strijd tegen een groot beest, en moet weer terugkeren tot de afgrond, om zo volledig te onthechten, om een anti-magnetische disconnectie tot stand te brengen. Hierin wordt de mens zelf tot wijngaard, tot struik, zoals Jehovah werd tot een brandende braamstruik om tot Mozes te spreken. Jehovah betekent "wording". Voor de mens om het paradijs binnen te gaan moet de mens eerst het paradijs zelf worden. De mens moet gelijk worden aan de paradijselijke natuur, worden tot een struik, boom, bloem of plant in het paradijs.
In het watergraf wordt de mens tot een wijnstok, wanneer water in wijn verandert. Dit pad wordt ook gewezen in de I Ching. In het Roodvinger verhaal moet de mens afrekenen met een heksenkerk.
De mens moet als Noach tot de wijngaard komen, en deel hebben aan de wijnstok. De mens moet zelf de wijnstok worden. Aan het einde van het twaalfde uur van het Egyptische boek der poorten ontvangt Nut Ra, en komt Nun uit het water voort om de boot van Ra op te tillen, te redden uit het water, om zo tot de wijn te komen. Ra is hier in zijn Kepri vorm, de kever of scarabee, als het teken van de wedergeboorte, van het aanbreken van de dag. Kepri komt in de oud Egyptische afbeeldingen tot een rode bol als beeld hiervan. Kepri betekent 'worden', wat hayah is in het Hebreeuws, waar het woord 'Jehovah' van afgeleid werd. De mens moet hier dus ook de wijnstok worden. Jezus werd de wijnstok door zijn kennis van de Egyptische theologie.
In het Egyptische Dodenboek zingen Isis en Nephtys Ra toe in zijn boot, en beschermen hem. Het christendom nam dit tafereeltje over als de ark van het verbond, en veranderden de godinnen in de twee beschuttende cherubs op de ark. Isis is de moeder van Horus, en Nepthys is zijn bijmoeder.
De mens moet leren dat zonder de fragmenten de mens niet kan terugkeren tot de bron. Die fragmenten moeten overal vandaan gehaald worden. De luien en de bevooroordeelden, hen die niet willen parelduiken, de schoonmaak-kabouters met het smetvrees-virus, kunnen niet tot de sleutels komen. In de I Ching liggen de sleutels verborgen tot het oude Egypte. Zonder de I Ching is het onmogelijk om dieper in dit grote christelijke fundament door te dringen om zo tot de esoterische waarheden te komen. De mens moet er iets voor doen. In de I Ching wordt de diepe techniek hiervan besproken, als een systeem van electriciteit. Zij die de wetten van electriciteit aan hun laars lappen, zullen onder te hoge volt komen te staan, en zij zullen wegsmelten als zij zomaar allerlei dingen gemakszuchtig willen grijpen. De spijbelaars die hier dus in volharden zullen uiteindelijk op die manier geëlektrocuteerd worden.
Hexagram 43 is het stoplicht van de communicatie. In de eerste lijn mag de mens niet vechten. De mens moet zich hier eerst beter voorbereiden en niet overmoedig zijn als de ninja-kabouter.
In de tweede lijn moet men eerst waakzaamheid en voorzichtigheid ontwikkelen. Er is druk van buitenaf, geschreeuw. Dit is een staaltje demonologie die ook voorkomt in de Egyptologie. In de tombe van Ramesses VI, in het boek van de grotten, in het eerste register, is er een groep van negen cobra's die vlammen uitspuwen die de vijanden van Osiris verbranden. Deze cobra's zijn de uraei cobra's, de cobra's van de kroon. Zij bewaken de drager tegen overmoed. In de Regenboog-geschriften van Isis in de Vuh van de Tweede Bijbel wordt Isis-Osiris de godin van de wijn genoemd, de drager van het Woord. De wijn is verbonden aan de wet en de kennis. Daar waar wet en kennis wordt losgelaten ontstaat er valse wijn, zoals Toronto. Ook de Egyptenaren hadden al met zulke geesten te maken, en gingen daarom diep in de demonologie. Juist de druk van buitenaf is belangrijk om voorzichigheid en waarkzaamheid, als een alarm, te ontwikkelen. Dat is ook waar de uraei cobra's voor zijn.
In de derde lijn moet men geduld oefenen, volharding in het waakzaam zijn. Dit houdt ook in het lijden aanvaarden en dragen.
In de vierde lijn mag er geen communicatie zijn. Praten heeft geen zin, en zou het alleen maar erger maken. Men moet zich terugtrekken, tot de stilte gaan en zich met andere dingen bezig houden. Men is hier op de heup geslagen, zoals ook Jakob in de Israëlitische mythologie. Men moet hier gevoeligheid leren voor de bron, contact maken met de hemel, en geen mensen behagen ten koste van de bron. Een diep misantropisch gevoel sluipt hier binnen om de mens te beschermen.
In de vijfde lijn is er de regelmaat van de demonologie in het verwijderen van onkruid wat steeds weer op komt zetten. Hierin moet men niet in het middelpunt blijven, want het middelpunt is te vaag, maar men moet het middelste pad bewandelen, de Tao. Men mag hierin niet verzwakken, anders valt men tot uitersten. Juist in deze lijn mag er niet zwart-wit omgegaan worden met de tuin. Pas er voor op geen goed stuk begroeiing samen met het onkruid eruit te trekken. Soms is het nauw aan elkaar verbonden en samengegroeid. Hak niet alles met de botte bijl weg wat je niet begrijpt, maar ga diepzinnig met de tuin om. Probeer de lijnen van de tuin te ontdekken en waar zij kruizen. Demonologie is het mooiste vak wat er is. Wat is er mooier dan het overwinnen van het kwaad ? Hiertoe behoort ook het begrijpen van het kwaad en het transformeren van het kwaad, zodat men niet in oeverloze drama wegzinkt.
In de zesde lijn moet men schreeuwen, roepen, communiceren, contact maken en anderen waarschuwen. Hier heb je iets van de ander nodig, ook al is het een vijand. Hier heeft ook de ander je nodig. Hier moet een leger gevormd worden om een groter kwaad te verdrijven. Hier mag men niet alleen zijn, maar moet men erop uit om tot een groep te komen.
Deze hexagram is genoemd de hexagram van de beslissing en van de doorbraak. Ook wordt het de uitschakeling genoemd en de vastberadenheid. Lijn 4 en 6 zijn belangrijk, als het switchen tussen geen communicatie en wel communicatie, als een stoplicht. Hierin moet de mens gebonden worden, komen tot Zij waarvan geen ontsnapping is, wat de vijfde wet van Calvijn is, de wet van de eeuwige onontkoombaarheid, wat de derde wet van het amazonisme is. Ook in de Egyptologie komt dit voor, in het boek van de nacht van de tombe van Ramesses VI, in het derde uur. De heilige onontkoombaarheid, Zij waarvan geen ontsnapping is, staat aan de tweede poort in het derde uur. Er is geen bescherming tegen haar, en zij was een beeld van de hemelvaart van Ramesses VI. Zij is de slager van de zielen. In dit uur zien we hexagram 43 terug. Er is een gebied van stilte, de vierde lijn, en een gebied van 'hen van de kanalen', de communicators, oftewel de zesde lijn. De vijfde lijn van het tuinieren zien we terug in 'hen van de velden'. De tweede lijn van de waakzaamheid zien we in de 'drie die zijn ontwaakt'. Zij houden een kind vast, wat inhoudt dat zij voorzichtig te werk gaan, om zo niet de begroeiing met goede vrucht aan te tasten in het verwijderen van onkruid, wat dus een verbinding is met de vijfde lijn. Lijn twee en lijn vijf zijn nauw aan elkaar verbonden. Als men in het klooster van de stilte terecht is gekomen, de vierde lijn, dan kan men alleen door waakzaamheid en voorzichtigheid, lijn twee, komen tot het militaire, lijn vijf, waarvan het tuinieren een beeld is. Lijn één is dan het fundament van de school. Zo is hexagram 43 een belangrijke sleutel in het begrijpen van de Egyptische demonologie en tot de egyptologie op zich.
In het elfde uur van het Boek van de Dag in de tombe van Ramesses VI zien we de stilte gepersonificeerd als een vrouw, een godin, als lijn vier. Het is de godin Meretseger, een cobra of vrouw met een cobra hoofd. Zij is de bewaker van de tombes en ook is zij verbonden aan het zevende zegel van stilte in de apocalypse. In de Egyptologie spoot zij gif op een ieder die de tombes probeerde te verwoesten of te beroven. Zij is dus een gifspuwende cobra, en werd beschouwd als zeer gevaarlijk. Stilte moet daarom nooit gezien worden als een zwakheid, maar als een wapen, een goedwerkend beveiligings-systeem. Dit gebeurt dus in het elfde uur van de dag, in de avond, als het avondrood. De naam van dit uur is "Mooi Visioen".
In het tiende uur was er de overgang tot de avond boot. Men daalde in dit uur af van de middag boot tot de avond boot, om het Westen over te steken in vrede. Het is het dagdeel van de vrede, waarin de peddels tot rust komen. Dit beeldt de eerste lijn uit, de school. Dit uur is genoemd "Zij die de hemel verlicht", "Zij die inzicht is in de hemelen".
Het tweede uur van het Boek van de Dag is het Uur van de Triomf, als de geboorte van de eerste zoon van Ismaël, de eeuwige vijandige : Ajuwth, wat triomf betekent. Dit is de vijfde lijn. Dit uur is genaamd : Zij die de Duisternis Verspreidt en Verdeeld, en ook Zij die de Duisternis Verdrijft. Ajuwth staat voor de vruchtbaarheid. Door de triomf is er doorgang tot de velden van Yaru, de rietvelden van het eeuwig leven, in het negende uur. In het eerste en laatste, twaalfde uur van het boek van de dag is er sterke communicatie, de zesde lijn. In het eerste register van het eerste uur zien we twee dragers van speren die zijn genaamd : 'Die met zijn tong doodt' en 'Die vernietigt door zijn spraak.' Een derde speer-drager is genaamd : 'Die waarvan de stem in de Vlam is'. Dit is ook de naam van één van de mes-dragers. Het twaalfde uur is genaamd : 'Zij die inzicht is op het Eiland van het Leven.' In het vijfde register zijn er vijf cobra's in manden. Twee van hen zijn genaamd : 'Haar vlam is in haar mond,' en 'Haar vlammen zijn op haar mes'. Dit komt ook terug in het begin van het boek Openbaring waar een mensenzoon een mes in zijn mond draagt, en die zichzelf de eerste en de laatste noemt, wat dus uit het Egyptische Boek van de Dag komt.