De Kusten van de Zuiderzee
Apr 5, 2017 13:06:05 GMT 2
Post by AMAZONE KERK on Apr 5, 2017 13:06:05 GMT 2
De Kusten van de Zuiderzee
Wie of wat is het beest wat opkomt uit de zee eigenlijk in Openbaring ? Dit wordt duidelijk in de Chinese mythologie. In de Chinese mythologie leefde er een beest onder de zee die met elke lente opkwam uit de zee. Zoals het beest uit Openbaring was ook dit beest een mengsel van verschillende dieren. Het beest heette Nian, en was een soort kruizing tussen een leeuw en een stier.
Nian is in de Chinese mythologie verbonden aan de oerzee, en in de Egyptische mythologie heet het Nun, en Nun is de oerzee zelf ook, de water-afgrond. Dit is verbonden aan het Egyptische woord 'Nen', de inactiviteit. In het calvinisme komt dit voor als de put van de machteloosheid, waarin de mens niets kan doen, de zogenaamde T-wet. De vrouwelijke vorm van Nun is Nut in het Egyptisch. In de demonologie rijdt zij soms op een paard of beest met een helm die een waaier heeft van rood metaal.
De kruizing tussen leeuw en stier komt ook terug in het oude Babylon, en is verbonden aan Nebukad Nezar, NN, de leeuw, die werd tot een stier. Nebukadnezar was half mens, half beest, zoals veel Babylonische goden. Nebu is de god van wijsheid en van de Schrift. Het beeld wat Nebukadnezar in zijn droom had gezien had een hoofd van 'goed goud'. Daniel zei hierover :
Daniel 2
36 Dit is de droom, en de uitlegging daarvan zullen wij de koning zeggen: 37 Gij, o koning, koning der koningen, aan wie de God des hemels het koningschap, macht, sterkte en eer geschonken heeft, 38 ja, in wiens hand Hij de mensenkinderen, waar zij ook wonen, de dieren des velds en het gevogelte des hemels heeft gegeven, en die Hij tot heerser over die alle heeft gemaakt – gij zijt dat gouden hoofd.
Chawila is het land van het goede goud, een dieper gedeelte in het paradijs. Nebukadnezar betekent de wachter van het hoofdsieraad, oftewel de wachter van de oorspronkelijke sieraden van het begin. Ook is dit verbonden aan 'de vreze des Heeren is het begin, het hoofd, van de kennis.' Het draagt dus een zekere schrik, een zeker alarm, een zekere veiligheid. Vanuit de oude babylonische religies kwam de islam voort.
Ook de I Ching wijdt aandacht aan dit onderwerp, in hexagram 29 : de afgrond, de oerzee. Hier ondervindt de mens dat hij niets kan.
In de eerste lijn raakt de mens het pad kwijt, wat juist nodig is om het nieuwe pad te vinden. Eerst is er chaos, dan is er schepping.
In de tweede lijn moet de mens in de afgrond kleine stapjes nemen, en niet protserig zijn als een superman. Zoals de leeuw de opstandingskracht van de mens is, zo is de stier de val uit het paradijs waardoor de mens tot de gnosis komt. De mens heeft deze afgrond dus nodig, waarin de leeuw en de stier moeten samenwerken, als het Nian beest. In de Egyptische mythologie draagt Nun, Nian, het schip van Ra door de onderwereld, tot de nieuwe geboorte, het aanbreken van de dag. Ra reist in zijn boot door het lichaam van Nut, de oermoeder, die hem dan baart.
In de derde lijn kan de mens niets meer en is hulpeloos als een baby. De mens mag hier ook niets want alles zou afbrokkelen. De mens moet hier wachten op gunstigere omstandigheden en moet het weer in de gaten houden. Het zal wel weer veranderen.
In de vierde lijn begint de zwakheid sterkte te oogsten in de vorm van wijn. De mens oogst inzicht in de depressie die vreugde brengt.
In de vijfde lijn is het water of de wijn nog niet over de rand gegaan van de afgrond om naar anderen te stromen. De mens moet eerst nog dieper zichzelf onder ogen komen, aan zichzelf werken, en aan zijn principes voordat het zal overstromen tot de ander.
In de zesde lijn is de mens gebonden met touwen en ligt in de doornenstruiken, terwijl niemand helpt. Dit zal drie jaar duren. De drie jaren zijn metaforisch. In het christendom zijn dit drie dagen. In de christelijke mythologie was Jezus Christus voor drie dagen in het holst van de dood, in de afgrond, voordat hij de weg eruit vond, net zoals Jona drie dagen in de buik van de vis was in de zee. In die zin zijn Jezus en Jona ook beeltenissen van het beest.
Het Mongoolse Wereldrijk in de oudheid (1206-1368) was wel dubbel zo groot als het Romeinse rijk, en liep zelfs tot in Europa. De Mongolen waren ontevreden over het onrecht gedaan naar hun volk, en baalden ook van het gebrek aan godsdienstvrijheid in de wereld, en op een dag pikten zij het niet meer. Zo ontstonden de Mongoolse invasies die als het opengaan van de hel werden genoemd. Het werd het wereldrijk van de wolf genoemd. Metaforisch staat dit voor iets groots. Kublai Khan, de Mongoolse heerser, werd ook wel de Oceanische heerser genoemd, als de overweldiging van het land door de oceanen. In de demonologie heerst Nut over dit rijk. De wolf vraagt aandacht voor het pasen. Het pasen breekt de oude structuren af, en laat de diepte zien. Vandaar dat het Mongoolse Wereldrijk verbonden is aan deze hexagram. Als de grote vloedgolven in de hemelse gewesten gaan komen, de rivieren en zeeën uit hun oevers treden, dan zullen zij ook de oude Gothische bolwerken aanvallen van het vampirisme in Europa, de fundamenten van de Westerse medische industrie. De mens moet even een stap terugdoen in de orthodoxe medicijnenleer, en komen tot een dieper pasen, het terugkeren tot de wolf. Zo mag ook het beest, Nian, tot herstel komen, en mag zijn hoofd, het begin, herstellen, zodat de wereld tot inzicht mag komen, en 'met verbazing mag volgen.'
Ook dit is verbonden aan het geheim van de Zuiderzee. De Zuiderzee is nu metaforisch aan het terugkomen, zoals de metaforische Mongoolse invasies voor godsdienstvrijheid.
Wat schuilt hier achter ? In de demonologie zijn dit de blauwgezichten, de buitenaardse menselijkheid van de wolven. Dit zijn paasmensen, wat ook het gehuil van de wolven verklaard. Het wolvengehuil is een alarm en een communicatie middel op verre afstand, wat ook het pasen is.
Wie of wat is het beest wat opkomt uit de zee eigenlijk in Openbaring ? Dit wordt duidelijk in de Chinese mythologie. In de Chinese mythologie leefde er een beest onder de zee die met elke lente opkwam uit de zee. Zoals het beest uit Openbaring was ook dit beest een mengsel van verschillende dieren. Het beest heette Nian, en was een soort kruizing tussen een leeuw en een stier.
Nian is in de Chinese mythologie verbonden aan de oerzee, en in de Egyptische mythologie heet het Nun, en Nun is de oerzee zelf ook, de water-afgrond. Dit is verbonden aan het Egyptische woord 'Nen', de inactiviteit. In het calvinisme komt dit voor als de put van de machteloosheid, waarin de mens niets kan doen, de zogenaamde T-wet. De vrouwelijke vorm van Nun is Nut in het Egyptisch. In de demonologie rijdt zij soms op een paard of beest met een helm die een waaier heeft van rood metaal.
De kruizing tussen leeuw en stier komt ook terug in het oude Babylon, en is verbonden aan Nebukad Nezar, NN, de leeuw, die werd tot een stier. Nebukadnezar was half mens, half beest, zoals veel Babylonische goden. Nebu is de god van wijsheid en van de Schrift. Het beeld wat Nebukadnezar in zijn droom had gezien had een hoofd van 'goed goud'. Daniel zei hierover :
Daniel 2
36 Dit is de droom, en de uitlegging daarvan zullen wij de koning zeggen: 37 Gij, o koning, koning der koningen, aan wie de God des hemels het koningschap, macht, sterkte en eer geschonken heeft, 38 ja, in wiens hand Hij de mensenkinderen, waar zij ook wonen, de dieren des velds en het gevogelte des hemels heeft gegeven, en die Hij tot heerser over die alle heeft gemaakt – gij zijt dat gouden hoofd.
Chawila is het land van het goede goud, een dieper gedeelte in het paradijs. Nebukadnezar betekent de wachter van het hoofdsieraad, oftewel de wachter van de oorspronkelijke sieraden van het begin. Ook is dit verbonden aan 'de vreze des Heeren is het begin, het hoofd, van de kennis.' Het draagt dus een zekere schrik, een zeker alarm, een zekere veiligheid. Vanuit de oude babylonische religies kwam de islam voort.
Ook de I Ching wijdt aandacht aan dit onderwerp, in hexagram 29 : de afgrond, de oerzee. Hier ondervindt de mens dat hij niets kan.
In de eerste lijn raakt de mens het pad kwijt, wat juist nodig is om het nieuwe pad te vinden. Eerst is er chaos, dan is er schepping.
In de tweede lijn moet de mens in de afgrond kleine stapjes nemen, en niet protserig zijn als een superman. Zoals de leeuw de opstandingskracht van de mens is, zo is de stier de val uit het paradijs waardoor de mens tot de gnosis komt. De mens heeft deze afgrond dus nodig, waarin de leeuw en de stier moeten samenwerken, als het Nian beest. In de Egyptische mythologie draagt Nun, Nian, het schip van Ra door de onderwereld, tot de nieuwe geboorte, het aanbreken van de dag. Ra reist in zijn boot door het lichaam van Nut, de oermoeder, die hem dan baart.
In de derde lijn kan de mens niets meer en is hulpeloos als een baby. De mens mag hier ook niets want alles zou afbrokkelen. De mens moet hier wachten op gunstigere omstandigheden en moet het weer in de gaten houden. Het zal wel weer veranderen.
In de vierde lijn begint de zwakheid sterkte te oogsten in de vorm van wijn. De mens oogst inzicht in de depressie die vreugde brengt.
In de vijfde lijn is het water of de wijn nog niet over de rand gegaan van de afgrond om naar anderen te stromen. De mens moet eerst nog dieper zichzelf onder ogen komen, aan zichzelf werken, en aan zijn principes voordat het zal overstromen tot de ander.
In de zesde lijn is de mens gebonden met touwen en ligt in de doornenstruiken, terwijl niemand helpt. Dit zal drie jaar duren. De drie jaren zijn metaforisch. In het christendom zijn dit drie dagen. In de christelijke mythologie was Jezus Christus voor drie dagen in het holst van de dood, in de afgrond, voordat hij de weg eruit vond, net zoals Jona drie dagen in de buik van de vis was in de zee. In die zin zijn Jezus en Jona ook beeltenissen van het beest.
Het Mongoolse Wereldrijk in de oudheid (1206-1368) was wel dubbel zo groot als het Romeinse rijk, en liep zelfs tot in Europa. De Mongolen waren ontevreden over het onrecht gedaan naar hun volk, en baalden ook van het gebrek aan godsdienstvrijheid in de wereld, en op een dag pikten zij het niet meer. Zo ontstonden de Mongoolse invasies die als het opengaan van de hel werden genoemd. Het werd het wereldrijk van de wolf genoemd. Metaforisch staat dit voor iets groots. Kublai Khan, de Mongoolse heerser, werd ook wel de Oceanische heerser genoemd, als de overweldiging van het land door de oceanen. In de demonologie heerst Nut over dit rijk. De wolf vraagt aandacht voor het pasen. Het pasen breekt de oude structuren af, en laat de diepte zien. Vandaar dat het Mongoolse Wereldrijk verbonden is aan deze hexagram. Als de grote vloedgolven in de hemelse gewesten gaan komen, de rivieren en zeeën uit hun oevers treden, dan zullen zij ook de oude Gothische bolwerken aanvallen van het vampirisme in Europa, de fundamenten van de Westerse medische industrie. De mens moet even een stap terugdoen in de orthodoxe medicijnenleer, en komen tot een dieper pasen, het terugkeren tot de wolf. Zo mag ook het beest, Nian, tot herstel komen, en mag zijn hoofd, het begin, herstellen, zodat de wereld tot inzicht mag komen, en 'met verbazing mag volgen.'
Ook dit is verbonden aan het geheim van de Zuiderzee. De Zuiderzee is nu metaforisch aan het terugkomen, zoals de metaforische Mongoolse invasies voor godsdienstvrijheid.
Wat schuilt hier achter ? In de demonologie zijn dit de blauwgezichten, de buitenaardse menselijkheid van de wolven. Dit zijn paasmensen, wat ook het gehuil van de wolven verklaard. Het wolvengehuil is een alarm en een communicatie middel op verre afstand, wat ook het pasen is.